Werken met behoud van uitkering: thuiszitten of vlieguren maken?

Geschreven door:
Maarten Hell
Terug naar nieuwsoverzicht
In de pers
27-07-2014

Oorspronkelijk gepubliceerd in Intermediair Magazine. Auteur: Maarten Hell

Werken met behoud van uitkering kan uitkomst bieden aan hoogopgeleide thuiszitters. Toch is niet iedereen enthousiast.

'Werken met behoud van uitkering heeft geen goede pers. Zo waren de rapen gaar toen de Amsterdamse Dienst Werk en Inkomen (DWI) bijstandsgerechtigden zinloze klusjes liet doen, zoals dossierpagina's tellen, schoenen poetsen of takken rapen.

De tegenprestatie zou het einddoel - het aanleren van vaardigheden zoals op tijd komen - voorbijstreven en slechts dienen om de thuiszitters te vernederen. Vakbond FNV verzamelde meer dan honderd gruwelverhalen over tewerkgestelde bijstandsgerechtigden en presenteerde deze in een zwartboek. Volgens de vakbond verdringt de verplichte inzet van uitkeringsgerechtigden regulier werk. Bovendien krijgen de bijstandsgerechtigden geen fatsoenlijke beloning voor hun werkzaamheden, aldus de FNV.

Aan de andere kant van het spectrum staan hoogopgeleide werklozen, die via vrijwilligerswerk willen doorstromen naar een betaalde baan. Zolang dit vrijwilligerswerk de kans op betaald werk niet in de weg staat, is het ook toegestaan door de uitkeringsinstanties.

Een stap te ver ging bijvoorbeeld de voormalige burgemeester van Groningen, Peter Rehwinkel. Met behoud van zijn wachtgeld wilde hij eind vorig jaar vrijwillig een centrum voor rampenbestrijding opzetten in Barcelona, met uitzicht op een betaalde functie. Pers, publiek en politiek trapten op de rem en achteraf bleek de vrijwilligersbaan niet te bestaan.

'Kennis en kunde' bijhouden

In dezelfde periode als de ‘Rehwinkel-rel’ kwamen twee ziekenhuizen negatief in het nieuws. Zij zouden jonge werkloze medisch specialisten met behoud van uitkering aan het werk zetten. In het Zuid-Hollandse Rijnland Ziekenhuis waren al twee jonge orthopeden zonder salaris aan de slag, terwijl ook het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam met ‘stage-achtige constructies’ werkte. Beroepsvereniging de Jonge Specialist toonde zich bezorgd over de onbetaalde afgestudeerde specialisten, ook al omdat zulke constructies normale banen voor specialisten zouden verdringen. Uit een enquête onder afgestudeerde medisch specialisten bleek dat ruim vijf procent werkloos was en dat tien procent met tijdelijke contracten onder cao-niveau betaald kreeg. De Volkskrant sprak een aantal anonieme specialisten die geheel gratis werkten. Volgens de krant was het eenvoudiger om een wielrenner over doping te spreken dan met een jonge specialist over zijn benarde carrièrekansen.

Naast de beroepsvereniging bemoeide nu ook de politiek zich met de onbetaalde specialisten. SPleden stelden Kamervragen over de kwestie aan staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Volgens Klijnsma was er echter geen sprake van onderbetaling van specialisten, maar ging het slechts om het bijhouden van hun medische ‘kennis en kunde’.

Bert Roelofs, directeur HR van het AMC, sluit zich hierbij aan. ‘Specialisten hebben lang geïnvesteerd in kennis en vaardigheden. Het is zonde als ze die niet kunnen toepassen, omdat er even geen werk is.’

Roelofs was enigszins verbaasd over de heftige reacties in de pers. ‘We zijn met het UWV het gesprek aangegaan omdat we het zonde vinden dat zulke ervaren mensen buiten de maatschappij staan. De krant maakte daarvan: "het AMC laat mensen werken met een WW-uitkering!"’ Volgens Roelofs is er ook geen structurele overeenkomst met het UWV gesloten, maar gaat het om een gering aantal individuele gevallen. ‘Als een werkloze arts-assistent een aanvraag doet, dan toetsen we die. Met onze interne vertegenwoordiging kijken we of het een opleidingsplek moet zijn en of dat er andere manieren zijn om ze aan het werk te krijgen. Tijdens hun opleidingstraject krijgen ze sollicitatietrainingen en andere begeleiding naar regulier werk, dat is onze primaire taak.’

Slechts een overbruggingsperiode

Momenteel zijn er geen specialisten met behoud van uitkering meer aan het werk bij het AMC. Het afgelopen jaar hadden vijf tot zes werkloze specialisten zichzelf aangemeld. Volgens Roelofs zijn zij allemaal binnen een paar maanden naar een reguliere baan doorgestroomd. ‘Het ging slechts om opleidingsplaatsen van enkele maanden. Dankzij die overbruggingsperiode konden de specialisten elders aan de slag in een dienstverband. We verdringen hiermee geen reguliere arbeidsplaatsen, want het zijn opleidingsplekken. Financieel worden we er ook niet beter van, want het AMC heeft een volumenorm en productieplafond: we krijgen niet meer geld als we meer mensen inzetten of meer knieoperaties doen. Bovendien blijven al onze opleidingsplaatsen in stand, dus daar is ook geen verdringing. Het gaat om het bijhouden van de vaardigheden, zodat de specialisten gereed zijn als er een baan vrijkomt.’

Beroepsvereniging de Jonge Specialisten blijft erbij dat onbetaalde banen leiden tot verdringing van regulier werk. Samen met de Orde van Medisch Specialisten (OMS) hebben zij een noodplan opgesteld, waardoor zo’n tweehonderd extra banen voor jonge specialisten worden gecreëerd. Op de langere termijn hopen zij de vruchten te plukken van het opleidingsakkoord, dat zij met minister Schippers (VWS) hebben afgesloten. Hierin is vastgelegd dat het aantal opleidingsplaatsen voor medisch specialisten met honderd plekken per jaar wordt gereduceerd. Ook Bert Roelofs van het AMC zegt aan alternatieve oplossingen te werken voor het overschot aan medisch specialisten. ‘Zo zouden alle gevestigde specialisten een dag korter kunnen werken. Het kost wel even tijd om dat door te voeren, want er werken hier 7.500 mensen.’

Stigmatiserend

Arbeidsmarktdeskundige Paul de Beer ziet soortgelijke oplossingen voor het tekort aan arbeidsplaatsen voor medisch specialisten. ‘Beperking van de instroom is voor de hand liggend, maar het is lastig te voorspellen hoeveel mensen er straks nodig zijn in de zorg. Je kunt het werk ook beter verdelen. De gevestigde specialisten zouden wat minder uren moeten draaien, zodat er arbeidsplaatsen beschikbaar komen voor de jongeren die daarvoor dan een normaal salaris kunnen krijgen.’

De Beer verwijst naar de jaren negentig, toen er al uitvoerig geëxperimenteerd werd met werken met behoud van uitkering. In Melkertbanen, later ID-banen, verrichtten mensen voor wie de afstand tot de arbeidsmarkt te groot was, onbetaald werk. Volgens Paul de Beer was de evaluatie van deze gesubsidieerde banen weinig positief. ‘Er was onvoldoende doorstroming naar regulier werk, omdat het zowel voor de werkgever als voor de tewerkgestelde te aantrekkelijk was om in die gesubsidieerde baan te blijven. In dezelfde periode deden mensen vrijwilligerswerk met behoud van uitkering. De kans op doorstroming nam daarmee echter evenmin toe, mede omdat het stigmatiserend werkte.’

Op zoek naar doeners

Volgens De Beer is het ook nu de vraag hoe werkgevers aankijken tegen mensen die werken met behoud van uitkering. ‘Zien zij het als een gunstig teken van extra inzet en ervaring? Of als minpunt, omdat je capaciteiten kennelijk tekortschieten waardoor je genoegen moet nemen met een onbetaalde of gesubsidieerde werkplek? Dat is een risico voor de werkzoekende.’ Maarten de Haan van Matchpartner, een arbeidsbemiddelingsbureau met veel klanten in de zorgsector, vindt het juist positief als werkzoekenden onbetaald werk op hun vakgebied hebben gedaan. ‘Ik kijk naar inzet en het is positief als iemand blijft werken. Dat vinden de meeste werkgevers en HR-mensen. Een professional wil zijn vak uitoefenen en vlieguren draaien, want werkervaring is steeds belangrijker en vaardigheden moeten worden bijgehouden. Ik zoek zulke doeners, die bijvoorbeeld actief zijn gebleven in werkervaringsplaatsen.’

De Haan wijst op een andere reden voor de zorgprofessional om desnoods vrijwillig aan de slag te blijven. ‘Vakmanschap wordt steeds vaker verbonden aan registraties, keurmerken en kwaliteitssystemen. Zo moeten artsen, verpleegkundigen en psychologen er bijvoorbeeld voor waken dat hun BIG-registratie niet verloopt. Aan de slag blijven is dus noodzakelijk. Positief ingestelde professionals grijpen de situatie gewoon aan om hun voordeel ermee te doen.’

Reageer

Geen reacties

Vind de ideale baan binnen jouw specialisme

Vind de baan die bij jou past binnen jouw specialisme of bekijk hier ons gehele vacature aanbod