Ik hoor het veel om mij heen: pas afgestudeerd aan het HBO of de universiteit, en dan …niets. Op een leuke passende vacature wordt al snel door meer dan 100 sollicitanten gereageerd.
De verwachtingen worden al bijgesteld. Het succesgevoel in solliciteren begint tegenwoordig al wanneer je een keertje niet de standaard reactie krijgt: “we hebben een kandidaat kunnen selecteren die beter op het profiel aansluit”. Nee, een gevoel van succes en trots maakt zich al van je meester wanneer je een keer wordt uitgenodigd op een heus gesprek. Daar gaan we!
Het gesprek loopt uiteraard prima, je bent tenslotte een leuke kerel of dame, dus daar zal het niet aan liggen. Je omgeving is er ook van overtuigd: als ze jóu niet aannemen, zijn ze niet goed bij hun hoofd.
En dan toch, de terugkoppeling, helaas geen goed nieuws. Met veel complimenten voor de je brief, CV en gesprek hebben ze toch iemand kunnen vinden met specifieke ervaring met dat ene micro-onderdeeltje waarover ze in de functieomschrijving hadden gezet dat het een pré was. Zucht.
Het is frustrerend, je hebt namelijk veel tijd en geld geïnvesteerd in je studie om te voldoen aan de norm die door de arbeidsmarkt gedicteerd is. Je zou dan denken dat ze om je staan te springen! Nieuwe, jonge energie binnen een organisatie zou moeten zorgen voor nieuwe impulsen, een hoge mate van ‘kneedbaarheid’ en het ontbreken van vastgeroeste denkbeelden zorgen ervoor dat de jonge professional binnen elke organisatie goud waard is.
Dan de andere kant.
Ik hoor het veel om mij heen: op het hoogtepunt van een mooie arbeidscarrière met nog minstens 10 jaar waardevolle toevoeging aan de arbeidsmarkt voor de boeg. Na 8 jaar werken bij een mooie organisatie waarvoor je klaar hebt gestaan door dik, dun, weer en wind wordt in een speciaal gelaste vergadering het gehate ‘r-woord’ in de mond genomen. Reorganisatie. Je voelt de bui al hangen. Met een bescheiden afkoopbuideltje sta je op straat.
Vol goede moed aan de sollicitatie! Elke organisatie zit toch om je te springen? Waar vind je iemand met zo’n prachtig bagagerek vol met werkervaring? Helaas…. De werkelijkheid is weerbarstiger. Op een leuke passende vacature wordt al snel door meer dan 100 sollicitanten gereageerd. De verwachtingen worden al bijgesteld: het succesgevoel in solliciteren begint tegenwoordig al wanneer je een keertje niet de standaard reactie krijg: “we hebben een kandidaat kunnen selecteren die beter op het profiel aansluit”. Bij elke extra maand werkeloosheid voel je de hoop op een snelle terugkeer in het werkveld dalen en dalen.
Het is frustrerend. Je hebt een jarenlange ervaring opgebouwd die goud waard zou moeten zijn voor werkgevers. Die jonkies moeten het vak toch van iemand leren? Vooral in vakgebieden waar gewerkt wordt met lastige doelgroepen is het van groot belang dat er ervaren werknemers rondlopen die niet schrikken van crisissituaties en de boel kunnen sussen en kalmeren als het uit de hand dreigt te lopen.
Beide groepen zijn voor organisaties een zeer belangrijke schakel in het personeelsbestand. De één is net zo belangrijk als de ander om een evenwicht te bewaren.
Als dit het geval is, dan is het ook onmogelijk om een bepaalde groep als absoluut slachtoffer van een krimpende arbeidsmarkt neer te zetten. Sommige werkgevers investeren in het opleiden van nieuw personeel, terwijl anderen gebruik maken van de zwaarbevochten premiekortingen voor de oudere werknemer.
Ook werkzoekende in het middensegment, die bijvoorbeeld net de pech hebben dat ze in een vakgebied gespecialiseerd zijn waar momenteel geen vraag naar is zijn in de problemen. Geen enkele groep heeft aanspraak op een potje extra medelijden.
Het is natuurlijk ook wel begrijpelijk. Als je voor de 50ste keer wordt afgewezen voor een, in jouw ogen, passende functie moet je op een gegeven moment de schuld neerleggen bij factoren die je niet zelf in de hand hebt, anders ga je er aan onderdoor. Dit geldt voor zowel de startende als voor de meer ervarene van de twee groepen.
Het is een cliché, maar zit niet bij de pakken neer. Blijf bezig, blijf je netwerk aanspreken en ben niet bang voor de 51e afwijzing. Bel, mail, schrijf, stuur rooksignalen en zorg ervoor dat je ‘in the picture’ blijft. De kans komt vanzelf, van links of van rechts, maar hij zal nooit komen vanuit een slachtofferrol.
Geschreven door: Joost van Dieen, na een scherpe voorzet van Jelle Hooimeijer.
Slachtoffers
Terug naar nieuwsoverzicht
Columns
11-10-2013
Teuntje Brussaard
11 oktober 2013
Dag Joost,
Iedere afwijzing moet altijd even verwerkt worden omdat ons voorgehouden is dat we moeten werken tot 67 jaar. En daar ligt het probleem. Na ruim 40 jaar werken lijkt mij dat de jonge generatie aan de beurt is. Maar nee! We hebben verzonnen dat ik als 60 jarige nog maar eens mezelf moet leren "verkopen" terwijl ik een prima loopbaan gehad heb en leuke sollicitatie gesprekken heb, hakt de afwijzing er iedere keer weer tot het bot in. Nederigheid en inkeer zijn daarvan het gevolg. Je mag dit slachtofferrol noemen. Ik noem dit inzicht en voorbereiding op mijn volgende levensfase. Ik hoop nog steeds op een leuke baan maar de realiteit is dat mijn WW de gemeenschap meer kost dan een eventuele AOW ! Misschien is dit toch een kleine gedachte waard. MVG Teuntje
Loes Rosink
11 oktober 2013
Beste Joost,
Je hebt het mooi verwoord en het klopt helemaal. Net als vele anderen, heb ik goede educatie gevolgd, een pracht cv en veel kwaliteiten. Maar net als vele anderen ook al 100+ afwijzingen gekregen. Maar ik vertik het om mijzelf als slachtoffer te zien en pak alle kansen aan om die leuke baan te bemachtigen! Dus mocht je wat weten, ik ben op zoek naar een baan binnen de p&o wereld (recruitment, opleidingen, coaching etc).
En bedankt voor de leuke column.
Groeten,
Loes Rosink